Vakdidactiek

Een onderzoek naar Leerstijlen:

1.       Welke manier van leren pas jij toe?
A)     Veel herhaling
B)      Samenvatting maken
C)      (veel) lezen
D)     Bespreken met anderen
E)      Opdrachten maken
F)      Anders, nl...


2.       Wat gebruik jij tijdens het leren?
A)     Computer/ tablet/ telefoon
B)      Kladblok
C)      Boek (en markeerstift)
D)     Samenvattingen
E)      Opdrachten
F)      Anders, nl…


3.       Hoe leer jij?
A)     Alleen
B)      Met een of meer mensen
Waarom?


4.       Maak je ook gebruik van middelen om het leren makkelijker te maken? Zo ja, wat dan?
(bijv.  Ezelsbruggetjes)


5.       Hoeveel tijd spendeer jij aan leren?


6.       Waar ga jij leren? (thuis, school, bibliotheek etc.)
7.       Onthoudt jij het geleerde gemakkelijk?



8.       Wat doe jij als je de stof, na het leren, nog niet goed kent?
A)     Op de zelfde manier herhalen
B)      Op een andere manier herhalen, namelijk:


Ten slotte:

En maak de leerstijlentest
(geef bij 1 tot en met 9 elke stelling een eigen waarde, van 1 tot en met 4, geen van de 4 stellingen mogen de zelfde waarde hebben)

9.       Tussen welke twee punten staat jou diagram:
A)     Concreet – Beschouwend
B)      Beshouwend - Abstract
C)      Abstract – Actief
D)     Actief – Concreet

10.    Ben jij daarnaast een…
A)     Bezinner
B)      Denker
C)      Beslisser
D)     Doener

11.   Klopt de uitkomst van de test bij jou?
A)     Ja, waarom…
B)      Nee, waarom…